ISBN-13: 9789067183321 / Holenderski / Miękka / 2009 / 596 str.
Bij het herstel van het Nederlandse gezag over de kolonie Curacao in 1816, kwam een nieuw garnizoen van meer dan 350 militairen uit Europa op Curacao aan. Een van de officieren was de twintigjarige kapitein R.F. van Raders. Bijna dertig jaar lang bleef hij werkzaam op het eiland: eerst als garnizoensofficier, daarna als adjudant van de gouverneur en vervolgens als garnizoenscommandant. De laatste negen jaren van zijn verblijf op Curacao (1836-1845) bekleedde Van Raders de hoogste bestuurlijke functie, die van gezaghebber. Economisch gezien vormde de periode 1816-1845 een moeilijke tijd voor de kolonie. Op Curacao kon de oude overslaghandel zijn vroegere bloei niet herwinnen. Van raders legde bij zijn aantreden als gezaghebber aan de minister van Kolonien een welvaartsplan voor. Curacao zou voortaan met eigen agrarische exportproducten de scheepvaart gaan bevorderen. Met groot enthousiasme probeerde Van Raders de teelt van nieuwe producten ingang te doen vinden. Hoewel tegenslagen en tegenwerking de uitvoering van zijn plannen van meet a aan vergezelden, bleef de gezaghebber overtuigd van de juistheid van zijn inzichten. Tot dusver onderbelichte onderwerpen in de West-Indische geschiedschrijving komen in Een leven in de West; Van Raders en zijn werkzaamheden op Curacao aan bod. Voor het eerst wordt het leven en de maatschappelijke positie van garnizoensmilitairen op Curacao beschreven. Wim Renkema heeft diepgaand onderzoek verricht in overheidsarchieven, wat geleid heeft tot nieuwe vondsten, bijvoorbeeld over de wijze waarop Van Raders het streven naar gelijkberechtiging van de rooms-katholieke bevolkingsgroep steunde. Eerst waren er niet meer dan algemeenheden over Van Raders bekend, maar nu is zijn carriere voor het eerst uitgebreid onderzocht. Voor iedereen die geinteresseerd is in de geschiedenis van de Caraiben en in het bijzonder Curacao is Een leven in de West een aanrader.